ISRAËL, GODS VOLK-PALESTINA, GODS LAND

Geschiedenis en bestemming van Israël

“Want het land is het Mijne” Lev.25:23

Palestina staat in het centrum van de wereld-belangstelling. Israël is het brandpunt van de internationale politiek geworden. Sinds 7 juni 1967 bestaat daarover geen enkele twijfel meer. Toen is er iets buitengewoons gebeurd. Niemand kan dat ontkennen. Het kleine leger van Israël heeft een glansrijke overwinning behaald op hun vijanden, hoewel het – wat aantal manschappen en hoeveelheid oorlogsmateriaal betreft – ver in de minderheid was.

De Franse generaal Beaufre heeft destijds zijn bewondering uitgedrukt in de volgende woorden: “Misschien heeft men nog nimmer een zo volmaakte uitvoering, en een zo snelle en totale overwinning gezien. Ik heb al deze mannen gezien, die deze ongelofelijke overwinning behaald hebben. Zij hebben met bescheidenheid tot mij gesproken, omdat zij zelf verbaasd waren, dat hun berekeningen, hun talmen en hun waken zulk een wonderbaar resultaat gehad heeft. Paris Match 24-6-1967

Voor de tweede wereldoorlog werden de gebeurtenissen in het MiddenOosten nauwelijks in de gesprekken aangeroerd. Nu, met drie veelbetekenende jaartallen achter de rug (1948, 1965, 1967), is Palestina in de hele wereld het onderwerp van het gesprek.

Het is al laat op de profetische klok. Het kind van God begrijpt daaruit, dat “de zomer nabij is”. Gods oogsttijd, waarin vloek en zegen zullen komen over Israël en de volkeren, staat voor de deur. De takken van de vijgeboom doen hun eerste bladeren uitspruiten. Mat.24:32 Het nationale ontwaken van Israël is een zeker teken, dat we in de allerlaatste uren leven van de bedeling der genade.

U vraagt zich misschien af, of men het einde der tijden wel kan beoordelen naar het volk van Israël? Welnu, wij willen trachten Gods plannen met het volk van Israël in het licht der Schrift te verklaren, opdat wij beter zullen verstaan, in welk een ernstige tijd wij leven.

A. DE UITVERKIEZING VAN ZIJN VOLK.

  1. Wie is Israël? Het zijn de zonen van Jakob, nakomelingen van Abraham. 2Kon17:34 Het woord van God vermeldt deze bijzonderheid nauwkeurig; want noch Ismaël, hoewel een zoon van Abraham, noch Ezau, Jakobs broeder, konden ooit tot dit volk behoren.
  2. Een onvoorwaardelijke belofte ontvangt Abraham. Gen12:1-3 Hij moest aan de roeping van God gehoorzamen en naar het beloofde land trekken. Zijn zaad zou tot een groot volk worden. Gods zegen zou op dat volk rusten. God zou de volkeren oordelen naar hun gedrag ten opzichte van Israël. En éénmaal zouden alle volken der aarde in Israël gezegend worden.
  3. Israël is dus “Zijn Volk”, dat Jehovah voor Zichzelf uitverkoren en van de volken afgezonderd heeft. Lev20:26 De genadegaven en de roeping Gods zijn onberouwelijk. Rom11:28 Israël is Zijn uitverkoren volk op grond van de beloften aan de vaderen. Jehovah is de God van Israël, 2Kron.11:16 en wie Zijn volk aantast, tast Zijn oogappel aan. Zach2:8
  4. God heeft voor hen een land gereserveerd, Palestina. Gen12:7 De toekomstige grenzen van Israël zijn reeds door God vastgelegd. Wanneer het de zegeningen van het Duizendjarig Vrederijk ingaat, zullen deze grenzen werkelijkheid worden. Van iedere natie heeft God de grenzen vastgelegd. Gen10; Deut.32:8 Sindsdien zijn de grenslijnen dikwijls veranderd; sommige staten zijn verdwenen, andere opgekomen. Het grondplan echter, dat God destijds in betrekking tot de verschillen.de rassen met hun vastgestelde grenzen, opgesteld heeft, blijft bestaan. Wij zullen dezelfde volkeren Gen.10 aan het einde van deze bedeling weer aantreffen, alleen onder andere namen. Het land van Israël zal zich uitstrekken van de rivier van Egypte tot aan de Eufraat. Gen15:18-21; Lev25:23 Geen natie kan Palestina ongestraft aantasten.
  5. Waarom werd Israël door God uitverkoren?
    In Deut.7:6-8 vinden wij drie oorzaken voor deze uitverkiezing. –  Jehovah heeft het uitverkoren om Zijn Vaderlijke macht te openbaren. De volkeren zullen in Israël erkenen, dat God geen dubbelhartig volk duldt. Aangezien het dit niet ter harte genomen heeft en van Gods weg afgeweken is, moet het dit door de lijdensweg heen leren erkennen. vs.6–  Jehovah heeft Israël uitverkoren wegens Zijn oneindige liefde. De Schrift leert ons, dat Zijn volk zwaar gezondigd heeft. Toch is de liefde van God zó iets geweldigs, dat zij het gehele innerlijke wezen van de mens beroert. En God is één en al liefde! Daarom legt deze Schriftplaats de vinger op de wonde plek: de nationale trots. Nooit zal “Zijn volk” zich kunnen beroemen op zijn eigen bekwaamheden en verdiensten, echter wèl op de liefde van God vers 7, 8a God zal de zonden van Zijn volk uitdelgen. De eeuwige liefde Jer.31:3 van Jehovah zal Zijn tegenstrevend volk tot Zich trekken op grond van het verlossingswerk, dat de Messias aan ’t kruis volbracht heeft. Jes53
    –  Jehovah heeft Israël uitverkoren omwille van Zijn onvoorwaardelijk genade-verbond met Abraham “Want Hij is geen mens, dat Hij liegen zou … zou Hij spreken en het niet doen?” Num23:19

B. DE VERNIEUWDE BELOFTEN AAN ZIJN VOLK.

–  Aan Abraham: Gen.17:7-10; 22:16-18.

–  Aan Izak: Gen.26:3-5.

–  Aan Jakob: Gen.28:13-14; 35:11-12.

“Van nu aan is God de God van Abraham; Izak en Jakob geworden”, zei een bekende Godsman. Op deze grond zal Hij ook eeuwig Zijn beloften indachtig zijn tot aan hun uiteindelijke en volkomen vervulling in het Duizendjarig Rijk. Onafgebroken wordt Gods trouw in het Oude Testament geopenbaard, om Zijn gehoorzame dienstknechten te overtuigen van de vervulling van de beloften van Zijn genade-verbond.

–  Mozes: Ex.3:6; 2:24.

–  David: Kron.16:14-18.

–  Micha: Micha 7:20.

Zo is Israël, als natie het uitverkoren volk van Jehovah op grond van het verbond, dat Hij met de vaderen gesloten heeft. Rom11:28

C. ZIJN VOLK TERZIJDE GEZET.

De geschiedenis van Israël is vol oordelen, die het gevolg zijn van hun ongehoorzaamheid. Toch zal God Zijn volk herstellen, aangezien Hij Zijn beloften aan de vaderen niet verloochenen kan.

  1. Vermaningen
    Lev.26:14 39 beschrijft de zes trapsgewijze oordelen, die met verbanning zullen eindigen, als het volk niet gehoorzaamt.
    Deut.28:15 68 bevestigt deze ernstige profetie in niet minder ondubbelzinnige bewoordingen. Beloften, met als voorwaarde de gehoorzaamheid van Israël, gaan aan deze Schriftplaatsen vooraf. En toch zal het volk, na verschrikkelijke oordelen, naar het land teruggebracht worden, waar het, gelouterd en hersteld, zich zal verheugen in de rust van God. Deut.30 Dit zal geschieden op grond van het verbond met Abraham.
  1. Oorzaken
    –  Afgoderij.
    De historische boeken van de Bijbel getuigen van een snelle afkeer van God en Zijn geboden. Het volk verliet Jehovah om vreemde goden aan te hangen. Met hun goud en zilver hebben ze zich afgoden gemaakt. Lev.26:30-33; Deut.29:25-28; Hos.8:4 De verwerping van Christus
    De Messias weende over de geliefde stad Jeruzalem, daar zij spoedig het grootste drama van de geschiedenis zou beleven: de kruisiging van de Zoon van God, en daarna de verwoesting van de stad, gevolgd door de verstrooiing van haar bewoners. Luk19:4144 Zij hebben geweigerd Hem aan te nemen en Hem te volgen. Zoals de boodschap van de profeten afgewezen werd, zo werd de Zoon van God door Zijn volk verworpen. Mat 23:37 39 Het volk wilde niet, dat Hij over hen Koning zou zijn. De godsdienstige leiders en het volk schreeuwden: Kruist Hem, kruist Hem”. Luk.23:21 Het door hen uit gesproken verdict kwam hun duur te staan. Mat27:2B Het bloed van Jezus Christus kwam over het volk, dat eeuwenlang zwaar gebukt zou gaan onder de gevolgen van deze verwerping. Op wonderbare wijze echter zal nu juist dat kostbare bloed van Jezus Christus het volk van Zijn zonden verlossen en volkomen verlossen. – De tegenstand tegen het gepredikte Evangelie der genade.
    De maat van hun zonden werd vol, toen zij de apostelen verhinderden om het evangelie te prediken. 1Thes2:1416
  1. Gevolgen
    Na de dood van Salomo werd het rijk in tweeën gedeeld. In 722 v. Chr. werd het Noordelijk Rijk door het Assyrische leger weggevoerd. 2Kon18:912 Vanaf die tijd zijn de tien stammen in ballingschap gebleven en als het ware levend begraven in de volkerenwereld. Daarna kwam het oordeel over het Zuidelijk Rijk met zijn hoofdstad Jeruzalem. Hun deportatie begon in 606 v. Chr., onder de heerschappij van Nebukadnezar, de koning van Babel. De koning van Juda werd met zijn hofhouding naar Babylon weggevoerd. Dan1:15 In 597 v. Chr. begon een tweede belegering door de Babyloniërs. Eindelijk werd de stad ingenomen en verwoest in 586 v. Chr. Een groot deel van het volk werd gevankelijk weggevoerd. Precies 70 jaar na de eerste deportatie der Joden keerde Zerubbabel in 536 v. Chr. met ongeveer 42000 landgenoten naar Jeruzalem terug. De voorspelling in Jer.25:9-11; 29:10; 2Kron.36:20-21 werd letterlijk vervuld. In 516 v. Chr., precies 70 jaar na de verwoesting van de tempel door Nebukadnezar, werd het herbouwde heiligdom voltooid. Ezra 6:15 De grote heidense wereldmachten breidden zich uit. Het éne rijk kwam in de plaats van het andere. Parallel aan deze verschuivingen werden de Joden onder die volken verstrooid. Hun invloed was destijds zó groot, dat Strabo, een bekende Griekse geograaf, omstreeks 85 v. Chr. schreef: “Niet gemakkelijk kan men een plaats in de wereld vinden, waar dit volk niet woont en zijn machtige invloed niet doet gelden.” De verstrooide Joden onder de volkeren worden de Diaspora genoemd. In het Romeinse Rijk, ten tijde van zijn grootste macht, leefden ongeveer drie miljoen Joden in verstrooiing. Bovendien woonden er in diezelfde tijd nog ongeveer een miljoen Joden in Jeruzalem en Palestina. Vervolgens viel het oordeel over de Joden en werden zij opnieuw eeuwenlang onder de volkeren verstrooid. Deut.28:63-67 Deze Schriftplaats werd letterlijk vervuld. De latere keizer Titus nam Jeruzalem in, in het jaar 70, tijdens de regering van zijn vader Vespasianus. Hij liet een miljoen Joden gruwelijk ombrengen en de tempel verwoesten. Mat.24:1-2; Luk.21:5-6. Een laatste poging tot opstand tegen de Romeinen deed Simon Bar-Kochba. Zijn poging mislukte en betekende het definitieve einde van de Joodse staat in 135. Nogmaals werden 500000 Joden meedogenloos afgemaakt. Keizer Hadrianus liet de plaats van de tempel omploegen. Op de stad Jeruzalem werd de Romeinse kolonie Aelia Capitolina gebouwd, waar het de Joden, op straffe des doods, verboden was te komen. Dit geliefde volk moest door onnoemelijke verdrukkingen heen gedurende de eeuwen, die nu volgden. Verjaagd, vervolgd met dood, bedreigd, dwaalden zij van het éne land naar het andere, vèr van Jeruzalem, vanwaar zij verbannen waren. Keizer Constantijn de Grote vaardigde wetten uit tegen de Joden in 315. In 395 sloot Theodosius I de Joden van bestuursfuncties uit en stond de verwoesting van de synagoge toe, wanneer het op religieuze grond te bewijzen was, dat zulks noodzakelijk was. Een vervolging brak in 613 tegen hen uit. Alle Joodse kinderen boven de zeven jaar werden aan hun ouders ontnomen en in niet-Joodse gezinnen ondergebracht, om een “christelijke” opvoeding te ontvangen. In 1096 werden de Joden overstroomd door een verschikkelijke golf van vervolgingen. Meer dan 120000 mensen werden gedood in de steden van de Rijnstreek.
    Ook in Frankrijk was verbanning niet vreemd voor de Joden; 17 jaar duurde dat (1181-1198). Hun meubels mochten door het volk verkocht worden, terwijl hun onroerende goederen door koning Filips Augustus in beslag genomen werden.
    Tegelijkertijd brak de Jodenhaat ook in Londen uit. Vele huizen werden afgebrand, waarbij een groot aantal Joden het leven verloor. Het vierde Lateranen-concilie vaardigt 1215 besluiten tegen de Joden uit. Paus Clemens VIII verbande de Joden uit Vaticaanstad in 1593. Wie zich nog binnen dit gebied waagde, kon tot de galeien veroordeeld worden.
    Einde 18e, begin 19e eeuw vlamt de Jodenhaat op in Rusland. Iedere Jood werd gedwongen om 25 jaar militaire dienst te vervullen. Honderdduizenden mensen verlieten Rusland. Tijdens het Pontifikaat van Paus Pius IX (1848-1878) werden alle bijzondere wetten tegen de Joden weer van kracht.
    Ongeveer drie miljoen Joden verlaten Oost-Duitsland eind 19e, begin 20e eeuw, omdat Rusland een geweldige druk op hen uitoefent.
    Deze donkere lijdensweg vindt zijn einde in de meest verschrikkelijke vervolging, die het volk ooit meegemaakt heeft. Zes miljoen Joden werden onder het Nazi-regiem gruwelijk ter dood gebracht.
    Dit verschrikkelijke onheil droeg er vooral toe bij, dat het grote verlangen om in het bezit te komen van hun dierbaar land, werkelijkheid werd. Zo kwam men in de nacht van 14 op 15 mei 1947 tot een plechtigheid, die enig is in de geschiedenis: de officiële uitroeping van de staat Israël als zodanig.

D. DE GEMEENTE VAN CHRISTUS

Het drama van het kruis heeft de maat van Israëls zonden volgemaakt en hun val bespoedigd. De Messias is verworpen. God heeft, in Zijn oneindige genade, het falen van Israël gebruikt om de Heidenen te zegenen. Rom11:11 Zo is er nu voor God geen onderscheid meer tussen Joden en Heidenen. Allen zijn zij onder de ongehoorzaamheid besloten. Zolang Israël terzijde gezet is, hebben zij voor God geen bevoorrechte positie meer. Zijn genade is voor alle mensen, die tot Hem komen. Wie Jezus Christus als zijn persoonlijke Heer en Heiland gelovig aanvaardt, is behouden en wordt door de Heilige Geest aan de Gemeente toegevoegd. De Gemeente is iets anders dan Israël. Zij bestaat uit Joden en Heidenen, die Jezus Christus als hun Heiland aanvaard hebben.

De gemeente is een verborgenheid, die aan de Profeten van het Oude Testament niet geopenbaard werd. Ef. 3
Haar roeping is hemels. Joh17:24
Haar burgerschap is in de hemel. Fil.3:20
Haar zegeningen zijn hemels. Ef.1:3
Haar erfenis is hemels 1Pet1:3, 4
Haar hoop is hemels. Joh17:24

Dit alles in tegenstelling tot Israël, dat gezegend zal worden met aardse zegeningen ten tijde van het Duizendjarig Rijk. De Gemeente werd met Pinksteren geboren door het nederdalen van de Heilige Geest en zij zal opgenomen worden in de wolken, de Heer tegemoet. Dit zal geschieden vóór de oordelen uit Openbaring.

Iedere onbevooroordeelde lezer kan zich overtuigen, dat de komst des Heeren zeer nabij is, gezien het feit, dat er thans weer een staat Israël is. Mat24:32

E. DE TERUGKEER VAN ZIJN VOLK.

  1. Aan het einde der tijden zal God de draad met Israël weer opvatten. Ez.37:1-14 en Jes.14:1-3 voorspellen een nationaal ontwaken, gepaard met een steeds intensiever verlangen naar Palestina. Ez.34:13 Deze profetieën zijn heden ten dage gedeeltelijk vervuld. De beenderen hebben zich bijeengevoegd en werden voorzien van spieren, zenuwen en huid. Maar zij zijn nog niet door de Geest tot leven gewekt. Het merendeel der Joden blijft in ongeloof volharden, tot aan de verschijning van de Messias op de Olijfberg. Sinds 1791 is de invloed der Joden op politiek en financieel gebied steeds toegenomen. In dat jaar werden de buitengewone verordeningen tegen de Joden afgeschaft door de Franse Nationale Vergadering.
    Voor de Zionistische beweging werd in 1897 de grondslag gelegd. Dank zij de Zionistische wereldorganisatie waren de Joden in zeer korte tijd doordrongen van een groot verlangen, om in Palestina hun nationale tehuis te bezitten. In 1917 werd Palestina tot nationaal toevluchtsoord verklaard voor de Joden, onder Engels mandaat. Dit werd vastgelegd in de beroemde Balfour-verklaring.
    Geheel Jeruzalem behoort weer aan Israël sinds 1967. Dit kwam tot stand in de bliksemoorlog, waarbij het Jordaanse stadsdeel door Israël werd ingenomen.

Enige sprekende getallen van 1965

– De gezamenlijke bevolking van Israel bedroeg op 31 december 1965: 2.598.400 inwoners. Daarvan waren 2.299.100 Joden, terwijl er 649.631 in 1948 waren. In minder dan tien jaar was de Joodse bevolking, dank zij de immigratie, verdrievoudigd.

–  De irrigatiewerken hebben het land met 400% doen toenemen; de grond, die in cultuur gebracht werd, is verdrievoudigd en de waarde van de landbouwproducten is vijf maal zo groot.

–  De industrie heeft een geweldige schrede vooruit gemaakt. Sinds 1955 is de industriële productie 2½ maal zo groot geworden. De export is sinds 1955 gestegen tot het vijfvoudige.

–  De productie van mineralen is eveneens belangrijk geworden, dank zij het feit, dat ze er veel gevonden worden en de aanwezigheid van de technische middelen om ze te exploiteren. Aardolie, phosphaten, potas, koper, chroom, zwavel, enz., zijn enkele van deze producten.

–  Sinds 1948 is het wegennet met 176% toegenomen. De spoorwegen zijn 250% nieuwe lijnen rijker geworden. De handelsvloot bezit 90 eenheden met een totale waterverplaatsing van 932000 ton, dus ongeveer 66 maal groter dan in 1948.

–  Ontwikkeling en opvoeding hebben grote vooruitgang geboekt, en Israël is één van de landen, waar de minste analfabeten voorkomen. De ongeveer 750000 leerlingen genieten goed onderwijs. Tegenwoordig heeft Israël vijf universiteiten met ongeveer 22000 studenten.

–  Het Hebreeuws, de taal van het Oude Testament, is weer een levende taal geworden. Het is van belang geworden in het culturele leven van Israël.
Uit “Israël”, “beknopte beschrijving van het Israëlisch Paviljoen op de wereldtentoonstelling van 1967, Montreal”

  1. De tempel zal herbouwd worden. Toch zal hij dan door de Antichrist en zijn trawanten ontheiligd worden. Jes.66:1-3; Ps.74 en 79; 2Thes.2:4; Op.11:1-3
  1. Een tijd van grote benauwdheid zal over de aarde komen, vooral over Israël in Palestina. Jeremia noemt deze verschrikkelijke periode “de benauwdheid over Jakob”. Jer30:7 Het oordeel van God zal over de inwoners van het land uitbreken. Ez.22:17-22 Jesaja, Jeremia, Ezechiël, evenals de zogenaamde “kleine profeten”, spreken daar zeer duidelijk over.
  1. Toch heeft God zich een trouw overbijfsel uit Israel verkoren, dat het Evangelie des koninkrijks zal verkondigen. Vele zielen zullen door hun getuigenis behouden worden. Op.7 Sommigen zullen de marteldood ondergaan, terwijl anderen door de Grote Verdrukking heen bewaard worden Zach.13:8-9; Hos.2:14-15; Op.12:14
  1. De meerderheid der Joden zal zich in ongeloof verharden. Hun staatshoofd zal hen misleiden en op goddeloze wijze over hen heersen. Zijn politiek brengt hem ertoe, om een verbond te sluiten met een naburige “vorst die komen zal”, hetgeen de aanvang van de 70ste week van Daniël markeert. Dan9:26, 27; Jes28:1422 In de laatste helft van deze zeven jaren zullen zich geweldige wereld conflicten in Palestina concentreren. Op.13:5; Dan.9:27 Deze zullen uitlopen op het eindoordeel der volken in Armageddon. Op.16:13-16
    Het land en zijn inwoners worden tot schouwtoneel van de directe oordelen-Gods.
  1. De Heer Jezus Christus zal persoonlijk en lichamelijk verschijnen en Zijn voeten op de Olijfberg zetten. Zach14 Hij zal de wereldmachten te niet doen; Op.19:11-21 aller oog zal Hem zien. Op1:7

F. HET HERSTEL VAN ZIJN VOLK

  1. Bij de wederkomst van Christus in majesteit en heerlijkheid zal het volk van Israël zich tot Jehovah bekeren en rouw bedrijven. Zach12:10; 14:4; Op1:7 De gedachte daaraan vervult ons met diepe bewogenheid, want dit zal de schoonste dag voor Israël zijn. Eindelijk zullen alle voorspellingen over deze nationale bekering van Israël vervuld worden, als God hun een nieuw hart zal geven. Ez 36:25-26; R°m11:26, 27
  1. Nu zullen ook de twee stammen terugkeren uit hun ballingschap. Dit zal op bovennatuurlijke wijze gebeuren. Jes.27:12-13; 43:5-7; 66:19-20; Micha 4:6; Mat.24:31
    De wederspanningen zullen onderweg geoordeeld worden en het beloofde land niet binnengaan. Ez 20:30-38
    De hereniging van de twaalf stammen zal hiervan het uiteindelijk resultaat zijn Ez.37:15-28
  1. Jezus Christus, de Messias, zal over Zijn volk en over de hele aarde regeren. Hij zal dat doen in gerechtigheid en in vrede. Jes.9:6, 11:5-9 Haat en oorlog zullen plaats maken voor de veiligheid en de vrede van het Duizendjarig Rijk. Op.20:1-6
  1. De tempel zal volgens de afmetingen uit Ezechiel 40-46 herbouwd worden. Ceremoniën en offers zullen ingesteld en gebracht worden, die heenwijzen naar het geslachte Lam. Dat zal zijn als herinnering aan de dood en opstanding van de Heere Jezus Christus. De volkeren zullen naar Jeruzalem optrekken om in Jehova’s huis te aanbidden en zich te laten onderwijzen aangaande Gods wegen. Micha 4:1-2
  1. Jeruzalem zal tot hoofdstad van de wereld verheven worden, tot Centrum der volkeren. Micha 4:1-6; Jes2:2-4 De wet zal van deze gezegende stad uitgaan. Ook zal Jeruzalem zeer aanzienlijk vergroot worden. Jer31:38-40; Zach14:10
  1. Het land zal topografische veranderingen ondergaan. Joël 3:16; Zach14:4-8 Dat zal een grote vruchtbaarheid van de bodem ten gevolge hebben. Jes29:17; Ez 3427 Het zal er veel regenen, Jes.30:23-25 wat in het Oude Testament een teken van zegen is. Het land zelf zal in evenzovele stukken verdeeld worden, als er stammen Israëls zijn. Ez48:1-7
  1. Het puin van de verwoeste steden in het land zal opgeruimd worden, om plaats te maken voor nieuwe moderne gebouwen. Ook zal de grond weer bearbeid worden. Ez.36:33-38
  2. Op grond van het offer van Jezus Christus, waardoor alle profetieën vervuld worden, kunnen wij dus in de naaste toekomst verwachten:

–  Een hersteld volk

–  Een herstelde stad

–  Een hersteld land

–  Een herstelde tempel

–  Herstelde volkeren.

De aan Abraham gerichte beloften zullen in dubbele zin vervuld worden: De volkeren zullen in het Zaad Abrahams, d.w.z. in Christus gezegend worden, en Israël zal voor de volkeren tot zegen zijn.

Beste lezer, de Here Jezus zal spoedig wederkomen; bent u bereid? Bent u met God verzoend en hebt u Jezus Christus als uw persoonlijke Verlosser aangenomen? Aarzel niet, morgen zou het te laat kunnen zijn!

PALESTINA

Het meest unieke land ter wereld. Ruim twintig jaar geleden (mei 1948) werd de onafhankelijke staat Israël uitgeroepen. Bij deze gebeurtenis werden de Britse troepen teruggetrokken uit het toen geheten Palestina.

De naamsverandering Palestina – Israël is van grote betekenis. Wij menen hierin duidelijk de hand van God te kunnen onderscheiden. Want dat was een vervulling van de profetie, zoals we zullen aantonen.

Maar los van de aardrijkskundige namen, volgen hier enkele Schriftplaatsen, waarin dingen gezegd worden van het land, die van geen enkel ander land ter wereld gezegd kunnen worden. Gen.12:1-3 Als het wereldcentrum voor zegen of vloek.

Lev.25:23-24 Voor eeuwig het land van God dat nimmer verkocht kan worden.

Deut.8:9 Het goede land, dat God aan Israël gegeven heeft.

Deut.11:10-15 Een land met voortreffelijke eigenschappen.

Deut.32:8 Het geografisch middelpunt van de aarde.

Dan.8:9 Het sierlijke land.

Dan.11:16 Het land des sieraads, begeerd door vijanden.

Jes.11:9 Het godsdienstig centrum van de wereld.

Ez.20:6, 15 De heerlijkheid van alle landen.

Jer.3:19 De sierlijke erfenis van de heidense volkeren.

Joël 3:12 Het juridisch centrum van de wereld.

Zach.2:12 ‘Het heilige land’; ‘Het deel des Heren’.

Hebr.11:9 Door heel de geschiedenis heen ‘Het land der belofte’.

Ex.15:17 De enige plaats van het Heiligdom des Heren.

Ps.137:5 Het onvergetelijke land.

Hoe de naam Palestina ontstond

De naam Palestina is afgeleid van Filistea, land der Filistijnen. Dit volk stamt volgens Genesis 10:13-19 af van Cham, evenals de Egyptenaren (Mizraïm) en de Kanaanieten. In oude tijden werden beide namen Filistea en Kanaan gebruikt voor hetzelfde land. Tijdens die periode waren de inwoners heidenen. Gen12:5,6; 15:16 Meer dan 500 jaar tierden hun zonden welig en werd het land verontreinigd.

Hoe de naam Israël ontstond

Deze naam werd het eerst gegeven door God aan de aartsvader Jakob Gen32:28 en betekent: “Een vorst Gods”. Jakobs nakomelingen werden Israëlieten genoemd. Ex.1:7

Deze naam Israël wordt voor het land gebruikt na de intocht en de in bezit neming van Kanaan door de Israëlieten onder leiding van Jozua. Joz11:23 Deze gebeurtenis had plaats in het jaar 1444 voor Christus. Vanaf de tijd van Jozua tot aan de tijd van Christus – dus gedurende de gehele periode van de Richteren, de Koningen, de ballingschap en de terugkeer – wordt het land genoemd: het land Israël.

In het Nieuwe Testament wordt de naam Israël meer dan 70 keer genoemd. Daaruit blijkt dus, dat in de tijd van de eerste Christengemeenten de naam Israël gangbaar was, zowel voor het volk als voor het land.

De profetieën betreffende de naamsverandering

In Lev.26:30-35 voorspelt God aan Mozes de afvalligheid van het volk en profeteert dat ze verstrooid zullen worden onder de natiën, en dat het land een woestenij zal worden: dit gericht van God wordt herhaaldelijk aangekondigd in het Oude Testament.

Het werd ten uitvoer gebracht toen het tienstammenrijk werd weggevoerd in Assyrische ballingschap, 722 voor Christus. 2Kon17

Het twee-stammenrijk van Juda werd weggevoerd in Babylonische ballingschap, 586 voor Christus. 2Kon.25 De ballingen van het Noordelijke rijk van Israël zijn nimmer teruggekeerd naar hun vaderland; de ballingen van het Zuidelijk rijk keerden na 70 jaar terug met goedkeuring van de Perzische Koning Kores, 536-516 voor Christus.

Toen de Messias kwam werd Hij, zoals de vier Evangeliën ons berichten, verworpen en gekruisigd. Hij stond op uit de doden, voer ten hemel en zond Zijn Heilige Geest op aarde, om de Gemeente te formeren. In die tijd werd het volk van Israël wereldwijd verstrooid. En het blijft in verstrooiing tot het einde van deze bedeling, wanneer Israël bijeenvergaderd en hersteld zal worden in haar vaderland.

Twee Bijbelgedeelten, die de verwerping van de Messias voorspellen, profeteren tevens, dat na deze verwerping het land niet meer Israël, maar Palestina genoemd zal worden. Jes 14:2832; Joël 3:4

De verandering van naam in Palestina

Het is niet bekend of de naamsverandering van Israël in Palestina bij één of andere officiële gelegenheid heeft plaatsgehad. Deze verandering schijnt zich geleidelijk te hebben voltrokken. In elk geval is het duidelijk, dat in de eerste Christelijke eeuw en daarna het land in het algemeen Palestina genoemd werd.

Israël was de naam vanaf de tijd van Jozua tot de tijd van de eerste christengemeenten, een periode van ongeveer 15 eeuwen.

De afgelopen 18 eeuwen werd het land Palestina genoemd. Nu in onze tijd wordt een poging gedaan om terug te keren tot de naam Israël, want de natie zelf heeft zich onder die naam onafhankelijk verklaard.

In Ps.83:4 zeggen de heidenen: “Komt, laten wij hen als volk verdelgen, zodat aan den naam Israël niet meer wordt gedacht.”

Dit is de heidense kreet geweest door de eeuwen heen. Maar zij rekenden niet met God.

Het land is het land van Immanuël

In Jes.7:14 staat de profetie, dat de maagd zal zwanger worden en een zoon baren; en zij zal hem de naam Immanuël geven (God is met ons); en in Jes.8:8 wordt het land ‘Uw land, o Immanuël’ genoemd. Deze profetie werd vervuld toen Jezus werd geboren. Mat1:21-23 Vlak na Zijn geboorte werd een andere profetie uitgesproken door Simeon: “Zie, deze is gesteld tot een val en opstanding van velen in Israël en tot een teken, dat weersproken wordt.” Luk2:34

Voor iedere gelovige moet het vaststaan, dat aan het land gedacht wordt als het land van Immanuël. In de tijd dat Israël zich als natie schuldig maakte aan de verwerping van de Messias, is de naam Israël gedevalueerd tot Palestina.

De tegenwoordige benaming Israël, betreft alleen een gedeelte van het oude land; de naam Palestina wordt nog gebruikt voor het overige deel. Maar er komt een volledig herstel, wanneer de naam Israël gebruikt zal worden voor het gehele gebied dat God aan Jakob beloofde in Gen.28:14.

God zal de naam van Israël niet uitwissen onder de hemel, 2Kon14 want Zijn goedertierendheid over Israël is tot in eeuwigheid. Ezr3:11

Het profetisch woord dat vaststaat.

Het is aan geen enkele andere generatie, dan de onze gegeven, om zo getuige te mogen zijn van de vervulling van Bijbelse profetieën.

Onze Heer zei: ‘Thans reeds zeg Ik het u, eer het geschiedt, opdat gij, wanneer het geschiedt, gelooft, dat Ik het ben. Joh.13:19

Petrus zegt in 2Petr.1:19-21: “En wij achten het profetische woord des te vaster en gij doet wel, er acht op te geven als op een lamp, die schijnt in een duistere plaats, totdat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw harten. Dit moet gij vooral weten, dat geen profetie der Schrift een eigenmachtige uitlegging toelaat; want nooit is profetie voortgekomen uit de wil van een mens, maar, door de Heiligen Geest gedreven, hebben mensen van Godswege gesproken.”

Het unicum Israël

Op aarde is er geen land als Israël; in de literatuur geen boek zoals de Bijbel; in de etnologie geen ras als de Israëlieten; in de historie geen annalen, als die van het zaad van Abraham; als moraal en filosofie gaf God dat volk Zijn wet met rechten en plichten tegenover Hem en de naasten; in dat zelfde land was God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende en vanuit dit land werd het evangelie van de genade Gods, die ons aangeboden wordt in het offer van de Here Jezus, verbreid over de aarde.

En op een dag, die niet meer zo lang op zich zal laten wachten, zal Jezus Christus wederkomen in kracht en heerlijkheid om Zijn duizendjarig rijk op te richten.
De eeuwige, onsterfelijke, ontzichtbare en enig wijze God zij de eer en de heerlijkheid van nu aan tot in eeuwigheid. Amen.

door Jb. Klein Haneveld, 1969
Dit is een bewerking uit de Nederlands Bijbelstudie Circulaire – 33-ste jaargang nummer 3 – november 2023


 Gerelateerde bijbelezingen:

* Profetie over Palestina.
* De Palestijnse Staat.
* Jordanië en de Palestijnen
* Gog en zijn benden
* Gog, Magog en Armageddon




* De Palestijnse staat
* de verborgen strijd in de profetie
* Profetisch panorama

 

https://www.bijbelspanorama.nl/

https://www.bijbelstudie.nl/